Snel naar:

Jeugdwet 2015 en landelijke inzichten

Gemeenten hebben sinds 2015 de verantwoordelijkheid om jeugdhulp en ondersteuning te bieden. Bijvoorbeeld hulp aan huis bij problemen in het gezin, maar ook bij psychische en gedragsproblemen van kinderen en jongeren. Deze jeugdhulpplicht vullen we in Friesland samen in. Dat doen we vanuit de ambitie ‘Kinderen groeien gezond en veilig op, zo thuis (als) mogelijk.’

 

Belangrijke doelen van de Jeugdwet zijn:

Vraag van de jeugdige staat centraal
Een ogenschijnlijk simpel uitgangspunt: bij de inzet van ondersteuning, hulpverlening of behandeling staat de vraag van de jeugdigen en/of zijn sociale netwerk centraal. Maar dit uitgangspunt heeft een grote impact. Het gaat er om na te gaan en te bepalen waarmee de betreffende jeugdige of gezinssysteem echt geholpen is.

 

Die vraagverheldering houdt ook in dat kritisch wordt gekeken naar de hulpvraag die er is en de factoren die de hulpvraag beïnvloeden. Uiteraard speelt bij die vraagverheldering ook de professionaliteit en kennis van de betrokken ouder, leerkracht, mentor, gezinswerker, voogd, reclasseringswerker of hulpverlener een rol. Maar altijd zal de basisvraag zijn: wat is er nodig om jou veilig, gezond en prettig te laten opgroeien.

 

Vernieuwing en transformatie van aanbod
Blijvend vernieuwen en transformeren van jeugdhulp en de jeugdhulpketen is nodig om de ambitie te kunnen bereiken. Transformatie vraagt dat alle betrokken over de grenzen van hun eigen discipline, vakgebied of sector kijken. Het vereist een goede verbinding tussen de verschillende sectoren in de zorg voor de jeugd. Maar ook een antwoord op de vraag: Hoe zorgen jeugdhulp- en onderwijsprofessionals, wijkteams, gemeentemedewerkers, wetenschappers, ouders én jongeren samen voor de beste hulp aan jeugdigen?

 

Op die vraag hebben we ook in Friesland geen sluitend antwoord. Voor ons is transformeren meer dan substitutie van zorg of verplaatsen van aanbod naar een lokale setting. Het gaat ons echt om het ontwikkelen van alternatieven voor de bestaande jeugdhulp. Waarbij de vraag van de jeugdige bepalend is en de praktijkinzichten van professionals leidend voor het vinden van de beste oplossingen. Oplossingen die ook ergens anders gevonden kunnen worden dan binnen de brede jeugdketen. Organisatiebelangen en traditionele taakafbakening mogen niet bepalend zijn.

 

Ruimte voor de professional
Om verantwoorde en goede ondersteuning aan jeugdigen en gezinnen te kunnen bieden, is het belangrijk dat professionals de ruimte krijgen om, samen met de jeugdige en/of het gezin, zèlf oplossingen te zoeken voor de hulpvraag of uitdaging. En dat zij de besluiten nemen die aan deze oplossingen bijdragen. Deze professionele autonomie komt tot stand als het management van de betrokken organisaties, de jeugdhulpaanbieder en gemeenten (als financier) ruimte bieden voor zelfstandig beroepsmatig handelen, en als professionals de verantwoordelijkheid nemen voor een professionele beroepshouding. Ook moeten professionals werken volgens hun professionele standaarden en geldende landelijke richtlijnen. Hiermee onderbouwen en verantwoorden zij hun afwegingen. (Uit professioneel statuut: BPSW, NIP, NVO september 2017)

 

Ook belangrijk is dat professionals onderling samenwerken en interprofessioneel overleg hebben. Essentieel is dat de professional ook zijn eigen beperkingen kent en zorgt dat door anderen in te schakelen de passende ondersteuning en versterking wordt geboden aan jeugdigen en gezinnen.

 

Partnerschap tussen zorgaanbieders onderling en gemeenten
In Friesland sturen we op samenwerking om de ambitie te bereiken. Wij zien jeugdhulp in de jeugdhulpketen als een publiek stelsel. Daarin hebben de partners de opdracht om dat effectief en zo efficiënt mogelijk te realiseren. Samen geven ze daar inhoud aan. Vertrouwen is daarbij het sleutelwoord en centraal staat het uitgangspunt dat we allemaal doen wat nodig is om voor de jeugdige en het gezin een situatie van ‘goed genoeg’ te bereiken. Transparantie en eerlijkheid zijn onze toetsingscriteria (Visiedocument ‘Koersvast vooruit’ Friese gemeenten januari 2021).

Inkoopstrategie 2020

De basis van de inkoop is de ‘Inkoopstrategie 2020’. Deze is, volgens de centrumregeling van SDF, op 13 april 2021 vastgesteld door het college van de gemeente Leeuwarden. Het is de basis voor het aanbestedingsproces en de inkoopdocumenten voor de verschillende percelen.

Het kader van deze inkoopstrategie is de doorontwikkeling van het huidige inkoop- en bekostigingssysteem (v.a. 2018). De knelpunten uit de Evaluatie inkoop 2020 worden opgelost.

 

De strategie richt zich dus op verschillende onderdelen. We vinden het belangrijk dat jeugdhulpaanbieders (meer) flexibel zijn in hun dienstverlening, door niet het aanbod maar de vraag van de jeugdige en/of ouder(s) voorop te stellen. Dat vraagt van de professionals bij de jeugdhulpaanbieders dat zij inspelen op de veranderende omstandigheden en niet uitsluitend de bestaande protocollen van een methode hanteren.

 

Ook effectiviteit staat hoog. Veel methoden en interventies die momenteel binnen de jeugdhulp worden gebruikt, zijn (nog) niet getoetst op hun effectiviteit. Daarom zetten we ook nadrukkelijk in op het inzichtelijk maken van de effectiviteit van de begeleiding, behandeling of hulp die in Friesland wordt geboden. We zoeken samen met de jeugdhulpaanbieders naar indicatoren om de effectiviteit van de ingezette hulp te kunnen bepalen.

 

Een ander belangrijk onderdeel is het versterken van het partnerschap. De sturingsprincipes en -uitgangspunten voor de komende jaren zijn gebaseerd op vertrouwen. We willen samen met de jeugdhulpaanbieders de verantwoordelijkheid nemen voor de maatschappelijke opgaven waar we voor staan. Daarin investeren we op samenwerking om die doelen te bereiken, rekening houdend met elkaars belangen en de verschillen daarin. Op deze manier houden we onder andere samen met elkaar grip op de bekostiging.

Pedagogische visie

In 2016 is met behulp van Van Montfoort, een pedagogische visie voor heel Friesland vastgesteld. Basis is dat ouders primair verantwoordelijk zijn voor de opvoeding van hun kinderen, maar dat zij daarbij geholpen worden door tal van mede-opvoeders.

 

Allemaal werken ze vanuit dezelfde pedagogische visie die uitgaat van positief opvoeden.

De pedagogische visie kent vier pijlers

  1. kwaliteit van opvoeden bevorderen
  2. eigen kracht en regie aanspreken: als er problemen zijn met opvoeden en opgroeien zijn, terughoudend zijn met te intensieve zorg en medicatie
  3. lokaal werken: ondersteuning in de eigen omgeving bieden
  4. voortdurende verhoging van effectiviteit en efficiëntie. Overbodige bureaucratie opheffen en state of the art werken

Fries model Jeugdhulp

Omdat opgroeien en opvoeden niet altijd over rozen gaat, is het logisch dat jeugdigen en hun ouders onzeker zijn, vragen hebben en soms de moed verliezen. Niet alle opvoed- en opgroeivragen zijn opgelost als er gespecialiseerde jeugdhulp wordt ingezet. Vaak is hulp in de directe omgeving, het eigen netwerk of via de leidster, leerkracht of trainer ook al heel helpend.

In Friesland vinden we dat als er kwesties aan de orde zijn die gevoelens, vragen of behoeftes betreffen, er contact met de wettelijke verwijzers naar gespecialiseerde jeugdhulp voor de hand ligt. Zie bijlage voor het Fries model Jeugdhulp.

(PDF, 75.08 KB)